Ajax

Amsterdam

Prijzenkast

eredivisie-logo

36x landskampioen

knvb-beker-logo

20x KNVB Beker

johan-cruijff-schaal-logo

9x Johan Cruijff Schaal

champions league logo

4x Champions League/Europacup I

1x Europacup II

1x UEFA Cup

uefa-super-cup

3x Europese Supercup

2x wereldbeker

Laatst nieuws over Ajax

Ajax is een Nederlandse voetbalclub uit Amsterdam. Thuisbasis van De Godenzonen, zoals de bijnaam van de club luidt, is de Johan Cruijff ArenA. Ajax staat te boek als de meest succesvolle Nederlandse club aller tijden.

  • Ajax werd opgericht in 1900
  • Thuiswedstrijden worden afgewerkt in de Johan Cruijff ArenA
  • ‘De Godenzonen’ is de bijnaam van de club
  • Ajax werd in 2022 voor de 36ste keer landskampioen
  • De Amsterdammers waren viermaal de beste ploeg van Europa

Succesvolste club van Nederland

Ajax, voluit Amsterdamse Football Club (AFC) Ajax, werd op 18 maart 1900 opgericht. De wortels van de Amsterdamse voetbaltrots dateren al uit 1894. In dat jaar richtte een vriendengroep een voetbalclub op onder de naam Union, maar nog datzelfde jaar werd de naam Footh-Ball Club Ajax aangenomen. De naam Ajax refereert aan de gelijknamige held uit de Griekse mythologie.

Een succesverhaal werd Footh-Ball Club Ajax niet. Door de strenge regels van de Amsterdamse voetbalbond ging de club al in 1896 ter ziele, maar op 18 maart 1900 besloot men een nieuwe poging te wagen. In café Oost-Indië op de Kalverstraat werd Football Club Ajax opgericht. Floris Stempel fungeerde als eerste voorzitter. Later werd ‘Amsterdamsche’ toegevoegd aan de clubnaam, waar naar goed gebruik later ‘Amsterdamse’ van is gemaakt.

Het eerste succes

Na de oprichting in 1900 sloot Ajax zich aan bij de Amsterdamsche Voetbalbond (AVB). In 1902 werd de club toegelaten tot de Derde Klasse en promoveerde in het daaropvolgende seizoen meteen naar de Tweede Klasse. De Amsterdammers maakten in 1911 de sprong naar de Eerste Klasse, maar na drie seizoenen daalde men weer af naar het tweede niveau. Ajax keerde in 1917 terug naar de hoogste klasse en degradeerde nadien nooit meer.

Het seizoen 1917-1918 verliep bijzonder succesvol voor Ajax. De Amsterdammers kroonden zich meteen tot afdelingskampioen én landskampioen. Het team van de Engelse trainer Jack Reynolds wist in het landelijke kampioenschap af te rekenen met Go Ahead, Willem II, AFC en Be Quick. Ajax behaalde daarmee één van de vier landstitels tijdens de Eerste Wereldoorlog.

Na de Eerste Wereldoorlog bleef Ajax bijzonder succesvol. Tot de invoering van het betaald voetbal in 1954 werd de Amsterdamse formatie in totaal zeventien keer afdelingskampioen, waardoor het team mocht meestrijden om de landstitel. Na het succesverhaal van 1918 kroonden de Ajacieden zich in 1919, 1931, 1932, 1934, 1937, 1939 en 1947 opnieuw tot de nummer één van Nederland. In die tijd werd ook de grootste officiële overwinning uit de clubgeschiedenis behaald: 17-0 tegen VUC (11 januari 1931).

De hongerwinter

Nazi-Duitsland bezette Nederland in 1940. In de beginjaren van de Tweede Wereldoorlog mocht er gewoon worden gevoetbald, maar het seizoen 1944-1945 kwam voortijdig ten einde vanwege de hongerwinter. Vooral de inwoners van de Nederlandse steden hadden het zwaar. Tientallen jeugdspelers van Ajax, DWS, Blauw-Wit en De Volewijckers werden destijds ondergebracht in Heerenveen. Ajax bedankte sc Heerenveen, dat een grote rol speelde in dit verhaal, in 2021 middels een speciale plaquette.

Na de Tweede Wereldoorlog maakte Rinus Michels zijn debuut voor Ajax. In zijn debuutwedstrijd maakte de aanvaller meteen vijf doelpunten voor de Amsterdammers, waar hij tot 1958 actief bleef als voetballer (122 doelpunten in 264 wedstrijden). De latere bondscoach van het Nederlands elftal groeide uit tot één van de eerste grote namen uit de clubgeschiedenis.

Allereerste Eredivisie-titel

In 1954 werd het betaald voetbal geïntroduceerd in Nederland. Twee jaar later werd de Eredivisie ingevoerd. In het debuutseizoen 1956-1957 maakte een nieuw fenomeen zijn opwachting: Sjaak Swart. De buitenspeler groeide uit tot Mister Ajax door 227 keer te scoren in maar liefst 603 officiële wedstrijden. Ajax kroonde zich tot de eerste Eredivisie-kampioen ooit door Fortuna ’54 achter zich te houden (vier punten verschil). PSV en Feyenoord eindigden in 1957 respectievelijk als vierde en vijfde.

Ajax kroonde zich in 1960 voor de tweede keer tot kampioen van de Eredivisie. In de daaropvolgende seizoenen bleef de Amsterdamse club bovenin meedraaien, maar een sportieve dip volgde. Het dieptepunt werd in het seizoen 1964-1965 bereikt door als dertiende te eindigen. Toch werd het een onvergetelijk seizoen: op 15 november 1964 maakte Johan Cruijff namelijk zijn debuut voor Ajax. De aanvaller, die tegen GVAV (3-1 nederlaag) meteen wist te scoren, groeide uit tot de beste speler uit de clubgeschiedenis. Naast Cruijff en Swart behoorde ook Piet Keizer tot de toenmalige selectie.

Johan Cruijff in actie voor Ajax
Johan Cruijff als speler van Ajax (Pro Shots)

Grote successen met Cruijff

In 1965 keerde Michels terug naar Ajax. De voormalig voetballer werd aangesteld als nieuwe hoofdtrainer. Met Cruijff als sterspeler ontwikkelde hij een zeer aantrekkelijke speelstijl, ook wel betiteld als Totaalvoetbal. Ajax behaalde drie opeenvolgende landstitels (1966-1968) en wist in de jaren zeventig door te stoten. Niet alleen veroverden De Godenzonen nog eens drie landstitels (1970, 1972 en 1973) en verschillende KNVB Bekers, maar ook internationaal liet het team zich gelden. Ajax ontwikkelde zich in de jaren zeventig tot een grootmacht in het Europese clubvoetbal.

In de zomer van 1972 maakte Keizer plaats voor Cruijff als aanvoerder. Een jaar later koos een meerderheid van de spelersgroep echter voor Keizer, waar trainer George Knobel gehoor aan gaf. Dit schoot bij Cruijff in het verkeerde keelgat. De aanvaller gaf zijn schoonvader Cor Koster opdracht om een transfer naar FC Barcelona, waar Michels inmiddels werkzaam was als trainer, af te ronden. Ajax ontving in september 1973 een toenmalig recordbedrag voor de sterspeler: zes miljoen gulden.

Het vertrek van Cruijff liet zich meteen voelen bij Ajax, dat in 1974 met Johan Neeskens nóg een steunpilaar kwijtraakte aan FC Barcelona. Zowel nationaal als internationaal stelde de Amsterdamse club teleur. Steeds meer spelers uit de glorieperiode keerden Ajax de rug toe, maar in het tweede deel van de zeventiger jaren keerde het succes terug naar de hoofdstad van Nederland. Na vier prijsloze jaren werd de club in 1977 weer kampioen van Nederland, mede dankzij de scoringsdrift van Ruud Geels.

Ajax toont herstel

Het kampioenschap van 1977 onderstreepte de wederopbouw van Ajax. In 1978 moest de club genoegen nemen met een tweede plaats achter PSV, maar in 1979 werd de dubbel veroverd. Het sportieve eerherstel werd in de jaren tachtig doorgetrokken door vier landstitels en drie bekers aan de prijzenkast toe te voegen. Ook in Europees verband draaide Ajax weer alleraardigst mee. Spelers als Marco van Basten, Frank Rijkaard, Wim Kieft, Ronald Koeman en Gerald Vanenburg groeiden uit tot de nieuwe sterren.

Ajax leunde in de jaren tachtig op de doorstroom vanuit de eigen opleiding en het aantrekken van talentvolle spelers van buitenaf. Het nieuwe beleid zorgde niet alleen voor nieuw elan, maar bracht ook de financiële huishouding weer op orde. Dit zorgde weliswaar voor wisselvalligheid in de prestaties, maar alsnog werden in de jaren tachtig verschillende successen gevierd in de hoofdstad. In december 1981 keerde ook Johan Cruijff terug bij Ajax, na eerder zijn carrière te hebben beëindigd.

In het voorjaar van 1983 botste Ajax-voorzitter met Cruijff. De Amsterdammer verliet zijn geliefde club en stapte uit rancune over naar aartsrivaal Feyenoord, waarmee hij de landstitel van 1984 veroverde. Uitgerekend in Rotterdam zwaaide de stervoetballer af als profvoetballer. In 1985 keerde Cruijff desalniettemin terug naar Ajax, dat hem aanstelde als hoofdtrainer. Tijdens dit dienstverband vertrokken spelers als Van Basten en Rijkaard, die later weer samenspeelden bij AC Milan.

Van Basten in de aanval namens Ajax (Pro Shots)

Van Gaal brengt glimlach terug

Cruijff vertrok in 1988 als trainer van Ajax. Aan het einde van de jaren tachtig rommelde het sowieso in Amsterdam, met een FIOD-affaire en het staafincident als dieptepunten. Ajax werd zelfs een seizoen uitgesloten voor Europees voetbal. In januari 1989 werd de nieuwe wederopbouw ingezet door Michael van Praag als voorzitter te benoemen. Leo Beenhakker werd dat jaar opnieuw aangesteld als hoofdtrainer, waar Louis van Gaal en Spitz Kohn als assistent-trainers fungeerden.

Met spelers als Dennis Bergkamp, Stefan Pettersson en Richard Witschge haalde Ajax nieuwe smaakmakers in huis. Het publiek genoot van het jeugdige team, waardoor de toeschouwersaantal fors omhoog schoten. In september 1991 maakte Beenhakker de overstap naar Real Madrid. Hij werd opgevolgd door zijn assistent Louis van Gaal, die als speler nooit was doorgebroken in Amsterdam. Onder zijn leiding beleefden spelers als Edwin van der Sar, Edgar Davids, Jari Litmanen, Clarence Seedorf, Patrick Kluivert en Marc Overmars hun doorbraak als profvoetballer.

Van Gaal loodste Ajax naar drie opeenvolgende landstitels (1994-1996) en won daarnaast de KNVB Beker van 1993. Het grootste succes werd echter buiten Nederland tot stand gebracht: het winnen van de Champions League en de wereldbeker van 1995. Een jaar later bereikte men nogmaals de finale van het Europese kampioenenbal, maar ditmaal zonder succes. In die periode speelde Ajax nog in De Meer, maar in 1996 was de tijd rijp voor de verhuizing naar een gloednieuw stadion: de Amsterdam ArenA.

Bosman-arrest nekt Ajax

Het sportieve succes van Ajax had een keerzijde. De succesploeg van 1995 viel langzaam maar zeker uiteen, mede doordat spelers meer macht kregen door het Bosman-arrest. Van Gaal verdiende een overstap naar FC Barcelona, waar verschillende topclubs in Europa de beste spelers contracteerden. Zo vertrok Kluivert naar AC Milan, waar de gebroeders Frank en Ronald de Boer na een arbitragezaak voor FC Barcelona kozen. In 1998 veroverde Ajax nog wel de dubbel onder Morten Olsen, maar in de omliggende seizoenen zat er niet meer in dan een subtopklassering.

In 2000 vierde Ajax het honderdjarige bestaan van de voetbalclub. Een feestelijk jaar bleef echter uit: het team sloot af op de vijfde plaats en nam voortijdig afscheid van trainer Jan Wouters. De overstap naar de Amsterdam ArenA verliep ook niet geruisloos. Ajax wisselde om de haverklap van grasmat, wat er mede toe leidde dat gefrustreerde supporters koeien op het veld lieten rondlopen. De fans hadden in die periode sowieso moeite om hun draai te vinden in het tamelijk kille onderkomen.

Ronald Koeman kreeg in 2001 de kans om Ajax er weer bovenop te helpen. De van Vitesse afkomstige oud-international bezorgde de Amsterdammers de landstitels van 2002 en 2004, waar hij het team eveneens naar de kwartfinale van de Champions League leidde. Van Gaal werkte in die periode als technisch directeur bij Ajax, maar die samenwerking verliep allesbehalve geruisloos. Van Gaal trok uiteindelijk aan het kortste eind. Koeman bleef tot februari 2005 actief in Amsterdam, waarna hij zelf opstapte.

Wesley Sneijder in het shirt van Ajax (Pro Shots)

Smachten naar de derde ster

Na het kampioenschap van 2004 stond de teller op 29 landstitels voor Ajax. Een dertigste kampioenschap betekende een derde ster voor de Amsterdamse club. Onder leiding van Henk ten Cate was de titel van 2007 binnen handbereik. Koploper AZ verloor op de slotdag van het Eredivisie-seizoen met 3-2 bij Excelsior, maar een 0-2 overwinning op Willem II volstond niet voor Ajax. Uitgerekend het PSV van Ronald Koeman kaapte het kampioenschap weg met één doelpunt verschil.

Ajax stelde medio 2008 Marco van Basten aan als nieuwe hoofdtrainer. De oud-bondscoach van het Nederlands elftal kreeg toestemming om Miralem Sulejmani voor ruim zestien miljoen euro weg te halen bij sc Heerenveen, maar het breken van het eigen transferrecord bleek niet voldoende om het kampioenschap binnen te slepen. Van Basten stapte nog voor het einde van het seizoen 2008-2009 op als hoofdtrainer. Martin Jol werd in de zomer van 2009 de nieuwe eindverantwoordelijke.

Na zeven jaar weer kampioen

Jol kreeg bij Ajax de beschikking over Klaas-Jan Huntelaar en Luis Suárez. Zij vormden een zeer productief tandem in de voorhoede, maar ook de Hagenaar slaagde er niet in om de derde ster binnen te slepen. Wel werd de KNVB Beker van 2010 een prooi voor de Amsterdammers. De bekerfinale tegen aartsrivaal Feyenoord werd over twee wedstrijden gespeeld vanwege de spanning tussen beide supportersgroepen. Jan Vertonghen kwam na dit tweeluik in opspraak door tijdens de huldiging de term ‘kutkakkerlakken’ te gebruiken richting de Rotterdammers. Hij betuigde later spijt.

Frank de Boer met de Eredivisie-schaal (Ajax)
Frank de Boert viert een kampioenschap met Ajax (Pro Shots)

Jol sneuvelde eind 2010 als hoofdtrainer van Ajax. De clubleiding schoof jeugdtrainer Frank de Boer door als eindverantwoordelijke. Een groot risico gezien zijn gebrek aan ervaring, maar met een Champions League-overwinning op AC Milan (0-2) kreeg hij meteen schwung in het elftal. De oud-international kreeg Ajax weer aan de praat. Zijn team verloor in 2011 weliswaar de bekerfinale van FC Twente, maar een week later volgde sportieve revanche. Een 3-1 overwinning op de Tukkers betekende het dertigste kampioenschap uit de clubgeschiedenis.

De landstitel van 2011 herstelde het zelfvertrouwen van Ajax. In 2012, 2013 en 2014 kroonden de hoofdstedelingen zich andermaal tot de nummer één van Nederland. Een vijfde opeenvolgende titel zou een record betekenen, maar concurrent PSV bleek in het seizoen 2014-2015 een maatje te groot. Ajax herpakte zich en deed in 2016 een serieuze gooi naar het kampioenschap. Een 1-1 gelijkspel bij De Graafschap op de slotdag van het Eredivisie-seizoen gaf PSV echter de kans om er met de titel vandoor te gaan.

Roerige jaren

Na twee seizoenen zonder landstitel stapte De Boer op als hoofdtrainer van Ajax. Hij werd na vijfenhalf jaar opgevolgd door Peter Bosz. Onder zijn leiding bereikten de Amsterdammers de Europa League-finale van 2017, maar ook ditmaal bleef het kampioenschap achterwege. Vanwege de attractieve speelwijze genoot Bosz desalniettemin het vertrouwen. De trainer eiste daarbij wel een aantal veranderingen binnen zijn staf, maar daar wilde algemeen directeur Edwin van der Sar niet aan voldoen. De trainer accepteerde vervolgens een aanbieding van Borussia Dortmund.

Abdelhak Nouri
Abdelhak Nouri in Ajax-shirt (Pro Shots)

Na het vertrek van Bosz koos de Ajax-leiding voor een verrassende naam als hoofdtrainer: Marcel Keizer. De van Jong Ajax afkomstige oefenmeester werd in de zomer van 2018 meteen geconfronteerd met een dramatische gebeurtenis. Tijdens een oefenwedstrijd tegen Werder Bremen kreeg middenvelder Abdelhak Nouri een hartstilstand. Hij overleefde de reanimatie, maar hield zware en blijvende hersenschade over. Zijn voetbalcarrière kwam daarmee abrupt ten einde. Jaren later pas bereikten Ajax en de familie van Appie een akkoord over de financiële compensatie.

Het drama rond Nouri had een grote impact op Ajax. De Amsterdammers wisten de Europese voorrondes niet te overleven, waar het nationaal evenmin van een leien dakje ging. Na de bekeruitschakeling tegen FC Twente in december 2017 werd Keizer al ontslagen. Erik ten Hag werd bij competitiegenoot FC Utrecht weggeplukt als nieuwe eindverantwoordelijke. Zijn eerste half jaar verliep echter moeizaam, waardoor Ajax geen rol van betekenis meer speelde in het seizoen 2017-2018.

Erik ten Hag met Ajax-spelers
Ten Hag viert de bekerwinst van 2021 met zijn spelers (Pro Shots)

Ten Hag zorgt voor Ajax-succes

In de zomer van 2018 versterkte Ajax zich met Daley Blind en Dusan Tadic. Directeur voetbalzaken Marc Overmars kreeg toestemming om het salarisplafond te verhogen, waardoor er meer budget ontstond om een succesploeg tot stand te brengen. Dit beleid viel samen met de doorstroom van spelers als Donny van de Beek, Frenkie de Jong en Matthijs de Ligt alsmede de aanwezigheid van de technisch begaafde Hakim Ziyech. Het bleek de opmars voor een bijzonder succesvol seizoen. Ajax won in 2019 de dubbel en bereikte de halve finale van de Champions League.

In maart 2020 werd Nederland getroffen door een uitbraak van het coronavirus. Het seizoen 2019-2020 kwam voortijdig ten einde. Ajax leidde op dat moment op doelsaldo in de Eredivisie, waardoor het ticket voor de groepsfase van de Champions League aan de Amsterdammers werd toebedeeld. Ajax bleef onder leiding van Ten Hag uitstekend presteren. In 2021 en 2022 werd de club opnieuw landskampioen. In 2021 werd de club eveneens bekerwinnaar na een 2-1 zege op Vitesse, maar prolongatie mislukte door PSV.

Marc Overmars (Ajax)
Marc Overmars in betere tijden bij Ajax (Pro Shots)

Vertrek Overmars zorgt voor terugval

De voetbalwereld werd in maart 2022 opgeschrikt door een grote aankondiging van Ajax: Overmars stapte per direct op vanwege grensoverschrijdend gedrag naar vrouwelijke medewerkers. Het kampioenschap van 2022 werd nog wel een feit, maar Ten Hag besloot de club achter zich te laten door een aanbod van Manchester United te accepteren. In diezelfde zomer haalde hij ook Lisandro Martínez en Antony op voor megabedragen. De Braziliaanse aanvaller bracht een recordbedrag in de la voor Ajax: honderd miljoen euro.

Ten Hag werd medio 2022 vervangen door Alfred Schreuder. Onder diens leiding schoot de club goed uit de startblokken, maar gaandeweg het jaar verslechterden de resultaten. Daley Blind vertrok in januari 2023 uit onvrede, waar Schreuder niet veel later ontslag kreeg na een 1-1 gelijkspel tegen FC Volendam. John Heitinga maakte het seizoen af als interim-trainer, maar kreeg de ploeg ook maar mondjesmaat aan de praat. Ajax had in de tussentijd nog altijd geen vervanger gevonden voor Overmars.

Treurende Ajax-spelers in 2024 (Pro Shots)

In de zomer van 2023 vertrok Edwin van der Sar als algemeen directeur. Met de Duitser Sven Mislintat werd eindelijk een nieuwe technisch directeur gevonden. Hij strooide in zijn eerste maanden meteen met miljoenen om de selectie te versterken en verraste met Maurice Steijn als nieuwe trainer, maar dit bleek geen succesformule. Mislintat sneuvelde in september 2023, waar Steijn de kerst evenmin haalde. John van ‘t Schip kreeg op interim-basis de taak om het seizoen 2023-2024 af te ronden.

Rivaliteit

Feyenoord geldt als de grote rivaal van Ajax. Onderlinge wedstrijden worden als De Klassieker bestempeld. Die benaming is vooral toe te schrijven aan de periode tot en met de jaren zeventig. Ajax en Feyenoord verdeelden in die periode niet alleen de meeste landstitels, maar zorgden ook voor het eerste Europese succes voor Nederland. Door de jaren heen heeft dit een grote rivaliteit opgeleverd.

In 1997 ontstond een dieptepunt in de relatie tussen Ajax en Feyenoord. In een weiland nabij Beverwijk raakten hooligans van beide clubs slaags, waarbij Ajax-supporter Carlo Picornie om het leven kwam. De spanning tussen beide supportersgroepen bleef nadien groot. Uiteindelijk voelden de burgemeesters van Amsterdam en Rotterdam zich zelfs genoodzaakt om uitsupporters te verbieden bij onderlinge wedstrijd.

Vuurwerk op het veld bij Ajax – Feyenoord (Pro Shots)

Na de jaren zeventig kwam vooral PSV op als sportieve rivaal. Wedstrijden tegen de Eindhovenaren worden doorgaans betiteld als De Topper, maar hebben een onvergelijkbaar sentiment ten opzichte van Ajax – Feyenoord. Meer clubs zien de Amsterdammers als grote rivaal, waaronder ADO Den Haag en FC Utrecht. Dit heeft verschillende incidenten opgeleverd.


Europees voetbal

Ajax debuteerde in het seizoen 1957-1958 op het Europese strijdtoneel. Als kampioen van Nederland mocht de club deelnemen aan de Europacup I. In de eerste ronde rekenden de Amsterdammers eenvoudig af met het Duitse SC Wismut Karl-Marx-Stadt (4-1 over twee wedstrijden), maar in de kwartfinale bleek het Hongaarse SC Boedapest een maatje te groot (0-4). In het seizoen 1961-1962 werd het eerste succesje behaald. Uitgerekend ten koste van Feyenoord (4-2) won Ajax de International Football Cup, de voorloper van de Intertoto Cup.

Aan het einde van de jaren zestig draaide Ajax mee in de top van Europa. In het seizoen 1968-1969 reikte de club tot de finale van de Europacup I, maar het Italiaanse AC Milan wist in Madrid een eerste Europese hoofdprijs te voorkomen (1-4). Twee jaar later was het alsnog raak voor de Ajacieden. Met Johan Cruijff als blikvanger won Ajax de Europacup I door het Griekse Panathinaikos met 2-0 te verslaan. Dick van Dijk en Arie Haan maakten het verschil in Londen.

Feyenoord kroonde zich in 1970 als eerste Nederlandse club tot Europacup I-winnaar. In de daaropvolgende jaren bleef de Eredivisie-top domineren in het hoogste clubtoernooi van Europa. Ajax won niet alleen de editie van 1971, maar veroverde de Europacup I ook in 1972 en 1973. Respectievelijk Internazionale (2-0) en Juventus (1-0) moesten buigen. Ajax won daarnaast tweemaal de Europese Supercup en één wereldbeker na een dubbele confrontatie met het Argentijnse Independiente.

Europacup II-winnaar in 1987

In 1973 vertrok Cruijff naar FC Barcelona. Het afscheid van de sterspeler had sportieve consequenties voor Ajax, dat een aantal moeizame seizoenen doormaakte. Pas aan het einde van de jaren zeventig kwam wederopbouw op gang in Amsterdam. In het seizoen 1979-1980 bereikte Ajax de laatste vier van de Europacup I, maar het Engelse Nottingham Forest blokkeerde een nieuwe finaleplaats. De verantwoordelijke beul kroonde zich vervolgens tot beste club van Europa door Hamburger SV met 1-0 te verslaan.

In de jaren tachtig bereikte Ajax tweemaal een Europese finale. In het seizoen 1986-1987 werd op Griekse bodem de Europacup II gewonnen dankzij een 1-0 overwinning op 1. FC Lokomotive Leipzig. Marco van Basten kroonde zich in Athene tot matchwinner. Een jaar later kreeg Ajax de kans om de titel te verdedigen, maar in de finale van 1988 moest de Amsterdamse formatie buigen voor het KV Mechelen van trainer Aad de Mos (0-1).

Champions League-winnaar

Ajax bleef in de jaren negentig succesvol op de Europese velden. Met Louis van Gaal als hoofdtrainer veroverden de Ajacieden in 1992 de UEFA Cup na een gewonnen tweeluik tegen Torino (2-2 uit, 0-0) thuis. Het bleek het begin van een zeer succesvol tijdperk. In 1995 kroonde Ajax zich tot Champions League-winnaar door opnieuw een Italiaanse club te verslaan. Patrick Kluivert maakte tegen AC Milan het enige en dus winnende doelpunt (1-0).

In 1996 mocht Ajax opnieuw aantreden in de Champions League-finale. Ditmaal bleek de Italiaanse opponent wel te sterk: Juventus besliste de eindstrijd middels de strafschoppenserie. De triomf van De Oude Dame is echter niet onomstreden. Spelers van Juventus zouden epo hebben gebruikt om zich klaar te stomen voor de finale, waardoor zij een onreglementair voordeel behaalden. Officieel is dit echter nooit bewezen.

Snakken naar nieuw succes

Ajax wacht in de 21ste eeuw nog op een Europese hoofdprijs. In 2017 werd nog eenmaal een finale bereikt, maar de Europa League-campagne van 2017 kon niet worden verzilverd door toedoen van Manchester United (0-2). Twee jaar later reikte Ajax zeer verrassend tot de halve finale van de Champions League. Het uitschakelen van Real Madrid en Juventus maakte indruk in het buitenland, maar een 3-0 voorsprong op Tottenham Hotspur bleek niet voldoende. Lucas Moura schoot de Londenaren middels een hattrick naar de Champions League-finale.

In het seizoen 2021-2022 won Ajax alle groepswedstrijden in de Champions League. De Amsterdammers schaarden zich daarmee in een select rijtje clubs. Benfica bleek in de achtste finale echter te sterk voor Ajax, dat in de daaropvolgende seizoenen moeite had om het hoge niveau te blijven aantikken. In het seizoen 2023-2024 werd men na de winterstop zelfs veroordeeld tot deelname aan de Conference League.


Johan Cruijff ArenA
De Johan Cruijff ArenA (Pro Shots)

Het stadion

Ajax speelt sinds 1996 in de Amsterdam ArenA. Al in de jaren negentig werd geopperd om het stadion naar Johan Cruijff te vernoemen, maar dit gebeurde pas na diens overlijden in 2016. Het multifunctionele stadion groeide in de beginperiode vooral uit tot een hoofdpijndossier. Door de jaren heen is er meermaals een upgrade doorgevoerd, waarbij de capaciteit is opgelopen naar 55.865 plaatsen. Bij concerten kunnen er zelfs meer dan zeventigduizend mensen naar binnen.

Voor de overstap naar de Johan Cruijff ArenA speelde Ajax op andere locaties in Amsterdam. Iconisch zijn vooral de wedstrijden in De Meer, maar ook het Olympisch Stadion is in menig Ajax-hart gesloten.

De Toekomst
De Toekomst (Pro Shots)

De Toekomst

De Toekomst fungeert als trainingscomplex van Ajax. De A-selectie van de Amsterdammers kunnen zich hier in alle rust voorbereiden op de eerstvolgende wedstrijd. Thuiswedstrijden van de jeugdelftallen en het vrouwenteam worden hier eveneens afgewerkt.


Veelgestelde vragen over Ajax

Wanneer is Ajax opgericht?

Op 18 maart 1900

Wat is het adres van de Johan Cruijff ArenA?

Johan Cruijff ArenA
Johan Cruijff Boulevard 1
1101 AX Amsterdam

Wat is de capaciteit van de Johan Cruijff ArenA?

55.865 plaatsen

Wat is de website van Ajax?

Klik hier om Ajax online te bezoeken

Waar kan ik Ajax vinden op sociale media?

Ajax is onder meer actief op Facebook, Instagram en X

Laatste update: 27 februari 2024

Ajax-spelers

Wat kost gokken jou? Stop op tijd | 18+ | loketkansspel.nl | Gokken kan verslavend zijn, deel deze inhoud niet met minderjarigen | Algemene voorwaarden zijn van toepassing | #Advertentie