Sjaak Swart

Sjaak Swart is een voormalig profvoetballer uit Nederland. De 31-voudig international van het Nederlands elftal behaalde in de jaren zeventig grote successen met Ajax. Zijn bijnaam luidt Mister Ajax.

  • Swart draagt de bijnaam ‘Mister Ajax’
  • Geen enkele speler kwam vaker in actie voor de Amsterdamse club
  • De rechtsbuiten won acht landstitels en vijf bekers
  • Swart veroverde driemaal de Europacup I
  • Hij speelde 31 interlands voor het Nederlands elftal

Voetbalcarrière

Jesaia (Sjaak) Swart werd op 3 juli 1938 geboren in het Noord-Hollandse dorp Muiderberg. Zijn voetbalcarrière ging van start bij TDW (Trainen Doet Winnen) uit Duivendrecht. De rechtsbuiten maakte al snel de overstap naar het Amsterdamse OVVO (Op Volharding Volgt Overwinning), waar vader Louis als speler en trainer actief was. Als jeugdspeler van OVVO maakte Swart ooit vijf doelpunten in de met 7-0 gewonnen wedstrijd tegen de leeftijdsgenoten van Ajax. “Die kleine willen we hebben”, zo concludeerde men nadien bij Ajax, dat boezemvriend Bennie Muller eveneens inlijfde.

Doorbraak bij Ajax

De achttienjarige Swart debuteerde op 16 september 1956 in het eerste team van Ajax, dat een bekerwedstrijd afwerkte tegen Stormvogels (het huidige Telstar). In De Meer zegevierden de Amsterdammers met 3-2. In het seizoen 1956-1957 mocht de rechtsbuiten eveneens vijf keer opdraven tijdens een competitiewedstrijd. Ajax kroonde zich dat seizoen tot landskampioen door teams als Fortuna ’54 en SC Enschede voor te blijven in de Eredivisie.

Swart maakte op 1 september 1957 zijn eerste doelpunt voor de hoofdmacht van Ajax, dat op bezoek bij SC Enschede een 0-3 overwinning behaalde. Hij sloot het seizoen 1957-1958 af met vier doelpunten in 21 officiële wedstrijden. In het daaropvolgende seizoen bleef zijn teller steken op twaalf gespeelde wedstrijden, maar met zeven doelpunten eiste de vleugelaanvaller wel een fors hoger moyenne op. Na drie seizoenen werd Swart een vaste waarde in de hoofdstad.

Succesverhaal in Amsterdam

In het seizoen 1959-1960 maakte Ajax maar liefst 109 doelpunten in de Eredivisie. Swart nam onder meer het honderdste doelpunt voor zijn rekening. De Amsterdammers kroonden zich in 1960 net als in 1956 tot kampioen van Nederland. Ajax moest vervolgens zes jaar wachten op een nieuwe Eredivisie-titel, maar nadien nam de succesformule toe door tussen 1966 en 1973 maar liefst zes kampioenschappen binnen te slepen. Swart won daarnaast vijf keer de KNVB Beker, waaronder drie opeenvolgende.

Aan het einde van de jaren zestig ontstond het zogeheten Gouden Ajax. Johan Cruijff werd gezien als de absolute ster van het Amsterdamse succesteam, maar Swart profiteerde ook optimaal van de aanwezigheid van spelers als Arie Haan, Barry Hulshoff, Wim Suurbier, Gerrie Mühren, Johan Neeskens, Johnny Rep, Ruud Krol en Piet Keizer. Zij boekten niet alleen succes binnen Nederland, maar ook in de Europese clubcompetities liet Ajax zich behoorlijk gelden.

In 1969 bereikte Ajax voor het eerst de finale van de Europacup I. Onder leiding van Rinus Michels werd de Amsterdamse club afgedroogd door het Italiaanse AC Milan (1-4), maar een jaar na de historische triomf van aartsrivaal Feyenoord was het in het seizoen 1970-1971 dan toch raak. Ajax won de Europacup I door Panathinaikos op 2 juni 1971 met 2-0 te verslaan op Wembley. Dick van Dijk opende de score al na vijf minuten, waar Haan vlak voor tijd de eindzege veilig wist te stellen.

Ajax was na het succes van 1971 niet te stuiten in Europa. Ook in 1972 en 1973 werd de Europacup I veroverd door respectievelijk Internazionale en Juventus te verslaan in de finale. Ajax won in 1972 ook de allereerste editie van de Europese Supercup door Glasgow Rangers in een tweeluik opzij te zetten, waar het WK voor clubteams eveneens een Amsterdamse prooi werd.

Ongekende statistieken in Ajax-shirt

Swart speelde op 19 mei 1973 tegen AZ ’67 (3-0 overwinning) zijn laatste officiële wedstrijd in het Ajax-tenue. Zijn teller liep daarmee op naar 603 wedstrijden in alle competities, waarvan 463 in de Eredivisie. Swart mag zich recordhouder noemen en geniet daarom de bijnaam Mister Ajax. De toenmalig rechtsbuiten maakte in totaal 175 doelpunten voor Ajax, waar alleen Piet van Reenen en Johan Cruijff vaker wisten te scoren.

In ABA Today verklaarde Swart in het kader van zijn tachtigjarige verjaardag: “Tijdens het seizoen 1972-1973 kwam het einde van mijn carrière in zicht. Ik wilde helemaal niet stoppen, maar dat werd onvermijdelijk. Daar wist Andrea (zijn vrouw, red.) mij van te overtuigen. Ik kreeg op 8 augustus 1973 een geweldige benefietwedstrijd tegen Tottenham Hotspur. Dat was onvergetelijk en we hielden er ook wat aan over. Een soort voetbalpensioen. Niet voldoende om al op m’n lauweren te gaan rusten, maar dat past sowieso niet bij me.”

Na zijn carrière

In 1973 zette Swart een punt achter zijn imposante voetbalcarrière. Samen met zijn vrouw runde hij al een sigarenzaak in Amsterdam, waar hij na het beëindigen van zijn loopbaan voor de horeca koos. Swart bleef ondanks zijn nieuwe werkzaamheden altijd beschikbaar om Ajax te helpen. Verschillende selectiespelers werden welkom geheten om de nacht door te brengen, waaronder Neeskens, Frank Arnesen, Søren Lerby en Donny van de Beek.

Sjaak Swart in actie voor Lucky Ajax
Sjaak Swart als routinier in actie voor Lucky Ajax (Pro Shots)

Swart trok na zijn voetbalcarrière veelvuldig het tenue van Ajax aan. De voormalig vleugelflitser speelde nog geruime tijd in de amateurselectie van de Amsterdamse club, waar Lucky Ajax (een team bestaande uit voormalig Ajax-spelers) evenals de oud-internationals tot op hoge leeftijd een beroep op hem konden doen. Het erelid heeft in de Johan Cruijff ArenA een eigen tafel in de Champions Lounge (‘Tafel van Sjaak’). Ook is er een brug in Amsterdam naar hem vernoemd.

Er zijn verschillende boeken verschenen over de carrière en het leven van Sjaak Swart, die zich eveneens bondsridder van de KNVB en ereburger van Amsterdam mag noemen. Ter ere van zijn tachtigjarige verjaardag werd er ook een dvd uitgebracht.

PeriodeClub
1956-1973Ajax

Interlandcarrière

Swart debuteerde op 26 juni 1960 voor het Nederlands elftal, dat in een vriendschappelijke wedstrijd moest buigen voor Mexico (3-1). Bondscoach Elek Schwartz haalde de Ajax-aanvaller na 56 minuten naar de kant ten faveure van Pierre Kerkhoffs. Op 3 juli van datzelfde jaar maakte Swart zijn eerste treffer in het tenue van Oranje, dat Suriname in een oefenwedstrijd met 3-4 opzij wist te zetten dankzij een hattrick van Piet Kruiver. De openingstreffer kwam op zijn naam te staan.

Met het Nederlands elftal plaatste Swart zich nooit voor een EK of WK. Op 30 augustus 1972 speelde de aanvaller tegen Tsjecho-Slowakije (1-2 overwinning) zijn 31ste en laatste interland voor het Nederlands elftal, na jarenlang niet te zijn geselecteerd. Een jaar na het beëindigen van zijn voetbalcarrière speelde Oranje op het WK van 1974, waar het de finale bereikte en verloor van West-Duitsland. Ook de WK-finale van 1978 ging vervolgens verloren door toedoen van Argentinië.

Laatste update: 12 december 2023

Wat kost gokken jou? Stop op tijd | 18+ | loketkansspel.nl | Gokken kan verslavend zijn, deel deze inhoud niet met minderjarigen | Algemene voorwaarden zijn van toepassing | #Advertentie