Abe Lenstra Abe Lenstra was een Nederlandse voetballer, die vooral furore maakte bij Heerenveen en het Nederlands elftal. De aanvaller geldt als een van de beste voetballers aller tijden in Nederland. Lenstra overleed in 1985 op 64-jarige leeftijd De aanvaller verkreeg in Friesland de bijnaam ‘Ús Abe’ Hij geldt als een van de beste Nederlandse voetballers aller tijden Lenstra maakte vooral furore als doelpuntenmachine van Heerenveen Hij maakte 33 doelpunten in 47 interlands voor Oranje Voetbalcarrière Abe Lenstra Abe Minderts Lenstra werd op 27 november 1920 geboren in Heerenveen. Zijn geboortewieg stond op de Badweg 77. Het gezin, dat naast vader Mindert Jans Lenstra en Janke Suierveld bestond uit twee andere kinderen, woonde aan de achterkant van de woning. Op vijfjarige leeftijd verhuisde het gezin naar de Compagnonstraat. Hier kreeg het voetbalvirus al op jonge leeftijd vat op Ús Abe (‘Onze Abe’). Lenstra was een sporter pur sang. In de jaren veertig behoorde hij tot de beste schaatsers van Friesland (en daarmee Nederland) door ruim 1600 gulden aan prijzengeld te winnen. Alle kampioenen van die tijd werden minstens één keer verslagen. Ook in het tennis, hardlopen, dammen en biljarten kwam Lenstra regelmatig als winnaar naar boven. Aan het begin van de 21ste eeuw werd daar zelfs een NOS-documentaire over gemaakt onder de naam Abe, Fries Wonder. Fenomeen in Heerenveen Als sporter was Lenstra veelzijdig, maar zijn reputatie veroverde hij vooral binnen de lijnen van het voetbalveld. De aanvaller werd op jonge leeftijd aangemeld als lid van voetbalvereniging Heerenveen, dat in juli van zijn geboortejaar werd opgericht. De tweebenige Lenstra debuteerde al op vijftienjarige leeftijd in het eerste team en wist al snel een vaste basisplaats te veroveren. Lenstra stond bekend als een eigenzinnige voetballer. De koppige Fries straalde regelmatig uit dat hij er weinig zin in had, maar kon vanuit het niets een wedstrijd compleet naar zijn hand zetten. Dat mocht ook Ajax ervaren op 7 mei 1950. In de rust leidde de Amsterdamse formatie met 1-5, maar onder aanvoering van Lenstra zegevierde Heerenveen uiteindelijk met 6-5. Met Lenstra als blikvanger werd Heerenveen negen keer op rij kampioen van Noord-Nederland. De Friese formatie plaatste zich daarmee voor het kampioenschap van Nederland, maar slaagde er niet in om door te stoten naar de landstitel. Op 4 juni 1949 verloor Heerenveen de kampioenswedstrijd tegen SVV in De Kuip voor minimaal 66.000 toeschouwers. Tot op de dag van vandaag is dit een record in het Nederlandse voetbal. Ongekend populair Lenstra werd met Heerenveen nooit landskampioen, maar dat ging niet ten koste van zijn populariteit in Friesland of de rest van Nederland. Heerenveen werd rond 1950 zelfs ‘Abeveen’ genoemd. Lenstra, die in 1951 en 1952 werd verkozen tot Sportman van het Jaar, stond samen met Faas Wilkes en Kick Smit aan de basis van de voetballende stripheld Kick Wilstra. Tijdens zijn periode in Heerenveen werd regelmatig interesse getoond voor Lenstra. Het Italiaanse Fiorentina zou de aanvaller zelfs een blanco cheque hebben gestuurd, maar zong hij op het grammofoonplaatje Bij ons in Holland:Ze stuurden me een blanco cheque, ik streek eens langs mijn kin.Want op een heel klein briefie stond: vul zelf die cheque maar in.Toen zei m’n vrouw: hé, aarzel niet, vraag dan maar een miljoen!Maar ik zei: nee, zeg ben je gek, stel voor dat ze het doen. Vertrek naar Enschede Zijn goedbetaalde baan op het gemeentekantoor van Heerenveen was een belangrijke reden om de buitenlandse interesse af te wimpelen. In 1954 ontstond echter onenigheid tussen het clubbestuur en de steraanvaller. Het bestuur was sceptisch over de invoering van het betaald voetbal, hoewel Lenstra meerdere internationals van het Nederlands elftal kon overtuigen om naar Friesland te verhuizen. De eigenzinnige aanvaller koos eieren voor geld en vertrok voor 11.000 gulden (zelfs in die tijd een schijntje) naar Sportclub Enschede. Lenstra scoorde maar liefst 517 keer in ruim vijfhonderd wedstrijden voor Heerenveen. In zeventien van de achttien seizoenen eindigde hij bovenaan in het topscorersklassement van de club, waaronder drie gedeelde titels. Ook in het shirt van Sportclub Enschede bleef de Fries imponeren. Hij maakte onder meer het allereerste doelpunt ooit in Stadion Het Diekman, waar ook FC Twente speelde voor de verhuizing naar de huidige Grolsch Veste. Met de Enschedese club greep Lenstra in 1958 door toedoen van DOS uit Utrecht naast het kampioenschap van Nederland. Twee jaar later maakte hij als routinier de overstap naar rivaal Enschedese Boys, dat 42.000 gulden neertelde voor diens handtekening. Pas op 42-jarige leeftijd beëindigde Lenstra zijn carrière. In zijn 27 jaar durende carrière produceerde Lenstra circa 700 doelpunten. PeriodeClub1936-1954VV Heerenveen1956-1960Sportclub Enschede1960-1963Enschedese Boys Interlandcarrière Abe Lenstra Op 31 maart 1940 debuteerde Lenstra in Rotterdam voor het Nederlands elftal. Tegen Luxemburg verloren de oranjehemden met 4-5, hoewel de Fries wel meteen zijn eerste doelpunt als international opeiste. De Heerenveen-aanvaller was in 1948 actief op de Olympische Spelen (exit in de achtste finale), maar speelde nooit op een WK. Van een EK was in die tijd nog geen sprake. Lenstra vormde bij Oranje samen met Faas Wilkes en Kees Rijvers het Gouden Binnentrio. Zijn belangrijkste wapenfeit als international noteerde de aanvaller op 14 maart 1956. Nederland won de vriendschappelijke wedstrijd tegen West-Duitsland met 1-2. De regerend wereldkampioen ging met 1-2 door de knieën en beide doelpunten werden opgeëist door Lenstra. Deze overwinning maakte veel los in Nederland, vooral met de Tweede Wereldoorlog nog vers in het geheugen. Het betrof de allereerste onderlinge ontmoeting na de uitbraak van de oorlog. Tijdens de Tweede Wereldoorlog was Lenstra ook al goud waard. Samen met zijn vrouw Hil Lenstra-Wisman ving hij een aantal kinderen uit Amsterdam op gedurende de Hongerwinter. Zijn dochter Janneke Lenstra vertelde jaren later aan de Volkskrant: “Ik vind het een klassiek voorbeeld van hoe de mensen in Heerenveen zijn. Ze zien om naar elkaar en als de nood aan de man is, pakken ze het probleem samen aan, dan zetten ze met z’n allen de schouders eronder en doen daar niet ingewikkeld over. Ze lopen niet met hun mienskip te koop. Mijn vader was ook wat dat aangaat een echte Fries. Abe kende geen sterallures. ‘Ach die kinderen’, zei hij in 1944. “Laat ze maar gauw komen’.” Hoog op eeuwige ranglijst Op 19 april 1959 speelde Lenstra, inmiddels de veertig naderend, zijn 47ste en laatste interland voor het Nederlands elftal. Tegen België (2-2) nam de sterspeler van Sportclub Enschede uiteraard een doelpunt voor zijn rekening. Het betrof zijn 33ste interlanddoelpunt. Johan Cruijff kwam in zijn interlandcarrière eveneens tot 33 doelpunten voor Oranje, waarbij de Amsterdammer zelfs één interland meer speelde. Slechts acht internationals staan hoger op de eeuwige topscorersranglijst van het Nederlands elftal. Robin van Persie gaat aan kop met vijftig treffers. Verder maakten alleen Memphis Depay, Klaas-Jan Huntelaar, Patrick Kluivert, Dennis Bergkamp, Arjen Robben, Faas Wilkes en Ruud van Nistelrooij meer interlanddoelpunten dan de beste voetballer aller tijden uit Friesland. Op Wilkes na speelden zij allemaal (veel) meer wedstrijden. Lenstra had zomaar nóg hoger kunnen staan op de eeuwige topscorersranglijst. De aanvaller had een haatliefdeverhouding met de keuzecommissie. Lenstra weigerde meermaals af te reizen wanneer hij niet op zijn geliefde linksbinnenpositie mocht aantreden. Abe Lenstra na zijn carrière Tijdens zijn actieve voetbalcarrière fungeerde Lenstra enige tijd als speler-trainer van Heerenveen. Na zijn vertrek bij Enschede Boys in 1962 was de aanvaller op een soortgelijke manier te bewonderen in het amateurvoetbal. Hij voetbalde ook nog enige tijd bij de veteranen van PH uit Almelo, zijn toenmalige woonplaats. Lenstra woonde ook nog enige tijd in Staphorst vanwege zijn werkzaamheden bij Heineken in Zwolle. Lenstra werd op 21 maart 1977 getroffen door een hersenbloeding. Het echtpaar besloot terug te keren naar Heerenveen, waar hij de laatste acht jaar van zijn leven in een rolstoel doorbracht. Lenstra bleef een graag geziene gast bij de voetbalclub waar hij de grootste successen uit zijn voetbalcarrière beleefde. Op 4 september 1985 werd in Heerenveen de oefeninterland tussen Nederland en Bulgarije (0-0) gespeeld. Lenstra was uitgenodigd als speciale gast, maar twee dagen voor de interland overleed hij op 64-jarige leeftijd. De wedstrijd stond dan ook in het teken van Frieslands beste voetballer ooit. Zo werd het programmaboekje in allerijl aangepast en werd er een minuut stilte gehouden als eerbetoon. Het Abe Lenstra Stadion gezien vanaf de hoofdtribune (Pro Shots) Niet vergeten Lenstra raakte na zijn dood niet in de vergetelheid. Ter nagedachtenis aan de beste speler uit de clubgeschiedenis besloot sc Heerenveen om Sportpark Noord naar hem te vernoemen (Abe Lenstra Stadion). In 1994 verhuisde de club naar een nieuwe locatie, maar ook het nieuwe onderkomen mocht zijn naam dragen. Zijn weduwe Hil, die in 2011 op 87-jarige leeftijd overleed, bleef tot op hoge leeftijd thuiswedstrijden van Heerenveen bezoeken. Bij de hoofdingang van het Abe Lenstra Stadion staat een standbeeld van Lenstra. In 1995 fungeerde het stadion als decor voor een musical over het markante leven van de oud-international, die werd gespeeld door selectiespeler Ronnie Pander. De wedstrijd tussen Heerenveen en Ajax van 1950 fungeerde hierbij als rode draad. Lenstra werd eveneens geëerd middels een eigen kledinglijn en verschillende sfeeracties. In de beeldentuin van de KNVB staat eveneens een standbeeld van Lenstra. Het gros van de beelden in Zeist is gebaseerd op het ‘Oranje van de Eeuw’. Johan Cruijff mocht in 1999 voor een benefietwedstrijd het beste Oranje aller tijden samenstellen. Naast Cruijff en Lenstra bestond het samengestelde team uit Edwin van der Sar, Ruud Krol, Frank Rijkaard, Ruud Gullit, Willem van Hanegem, Johan Neeskens, Piet Keizer, Faas Wilkes, Marco van Basten en trainer Rinus Michels. Laatste update: 14 december 2023