Nederlandse clubs vellen oordeel over Beneliga

De Belgische clubs staan unaniem achter de komst van een Beneliga. Vanuit Nederland loopt het echter niet zo’n storm op een gezamenlijke competitie, weet het Algemeen Dagblad. 

Volgens de krant moeten er nog een groot aantal hobbels genomen worden voordat een dergelijke competitie een feit is. Vertegenwoordigers van Nederlandse en Belgische clubs praten al jaren over een gezamenlijke competitie, maar witte rook was er tot nu toe nog niet. De Belgen hebben deze week echter wél progressie geboekt: alle clubs staan open voor een Beneliga per 2024. Dat geldt ook voor de ploegen die in België zouden achterblijven bij het samenvoegen van de competities. 

Dat zorgt voor gefronste wenkbrauwen in Nederland, schrijft het AD. “In Nederland wordt vooral met enige verbazing gekeken naar die boodschap, aangezien er nog tal van onduidelijkheden zijn over het project. De tien ‘grote’ Nederlandse clubs die rechtstreeks bij de werkgroep zijn aangesloten stellen zich vooralsnog terughoudend op – en dat geldt al helemaal voor alle andere Nederlandse bvo’s. Het plan is niet van tafel, maar betrokken directeuren zijn nog vooral sceptisch over de slagingskansen.”

Een snel besluit over de competitie hoeven we ook niet te verwachten. De krant schrijft: “De werkgroep Beneliga moet daarom sowieso wachten tot medio april, aangezien de UEFA dan vergadert over dat thema, maar ook dan zullen er nog geen concrete antwoorden op tafel komen. Of de UEFA in algemene zin openstaat voor een gedeelde competitie met twee landen, is eveneens nog hoogst onduidelijk: een Beneliga zou een precedent kunnen scheppen waar de Europese bond allerminst op zit te wachten.”