“Die keuze voor Schreuder, ik was daar al een beetje verbaasd over”

Deze week ontsloeg Club Brugge de opvolger van Alfred Schreuder bij de club, Carl Hoefkens, wegens teleurstellende resultaten in de Belgische competitie. De blauwzwarten ontpoppen zich de laatste jaren tot een trainerskerkhof, merkt ook analist Marc Degryse op.

Nadat Philippe Clement richting AS Monaco verkaste in 2020, kwam Schreuder als opvolger. “Die keuze voor Schreuder, ik was daar al een beetje verbaasd over. Hij had toch ook niet echt veel op zijn palmares staan. Die start was toen ook moeilijk, hé. Ze verloren twee keer van Gent. Uitgeschakeld in de beker met 0-3 en ook nog eens 1-2 in de competitie”, vertelt Degryse (oud-speler van PSV) aan Het Laatste Nieuws.

“Binnenskamers was dat al voldoende om na anderhalve maand te twijfelen of hij wel de juiste keuze was geweest. Als dat straks met de nieuwe coach wéér zo zou zijn, dan is het wel belangrijk eens terug te denken aan die start. ’t Is tegen Genk en Anderlecht, hé. Die trainer mag nog veel kennis hebben, je moet toch de groep leren kennen.”

Schreuder: winnen zonder goed voetbal

Clement ‘kon zich goed inleven’ in zijn spelers, merkte Degryse. “Schreuder was veel directer en strenger. Straks moeten we zien hoe snel de spelersgroep dat deze keer oppakt. Opnieuw een verandering. Niet gemakkelijk.” Toch werd Club kampioen. “Schreuder zette de stap: winnen zonder goed voetbal. Als je het jaar van Club overloopt, is dat wel belangrijk geweest. Die momenten pakken.”

“Clement heeft dat op een bepaald moment ook gedaan, maar Schreuder zeker. In veel mindere matchen hebben ze zich erdoor gesleurd. En ze zijn op een zakelijke manier kampioen geworden. Met een soort voetbal dat je toch niet koppelt aan een Nederlandse coach”, aldus de analist tot slot.