De Boer: “Ik zou dolblij zijn met een Bassey naast me”

Frank de Boer kijkt als oer-Ajacied nog altijd naar alle wedstrijden van de Amsterdammers. Ook hij ziet dat zomeraanwinst Calvin Bassey het erg lastig heeft, maar de voormalig succestrainer heeft nog altijd veel vertrouwen in de verdediger.

“Ik denk dat hij een heel goede linker centrale verdediger is. Ik zou dolblij zijn met een Bassey naast me, want hij is zó snel. Alleen aan de bal moeten ze hem helpen. Johan Cruijff zei weleens gekscherend dat de mensen om je heen er verantwoordelijk voor zijn hoe goed je speelt. Zo moet Ajax zo’n jongen ook helpen, want Bassey heeft veel wapens”, vertelt De Boer aan De Telegraaf.

Ook zijn eigen toekomst komt ter sprake: De Boer weet niet of hij ooit nog terug gaat keren als voetbaltrainer. “Ik zie wat Phillip Cocu nu bij Vitesse doet en vind dat mooi. Omdat ik zo nauw bij het voetbal ben betrokken, kan het moment komen dat ik er ook weer vol voor wil gaan.”

Tegenwoordig is De Boer lid van de technische commissie van de UEFA, waarmee hij wedstrijden bezoekt en rapporten opmaakt. “In de volgende ronde van de Champions League mag ik naar RB Leipzig-Manchester City. De week daarna ga ik naar Bayern München-Paris Saint-Germain. 7 februari hebben we een Teams-vergadering met alle waarnemers en bespreken we de ontwikkelingen in het voetbal die we in de groepsfase hebben gezien. Aan het einde van het seizoen maken we een evaluatie.”

Molenaar over Bassey

Betreft Bassey zei Keje Molenaar deze week al in de podcast van Kale & Kokkie dat hij bij Rangers FC wél veel indruk maakte. “Alleen merk ik dat hij bij Ajax onder enorme druk staat. Dat zie je aan zijn hele lijf, dat staat helemaal stijf van de stress. Hij kan niet eens een normale sprint trekken, want zijn lijf beweegt houterig, terwijl hij dat vorig jaar niet had.” Molenaar vindt Bassey in ieder geval geen linksback. “Als ik hem zou opstellen, zou ik hem links centraal opstellen en niet meer aan de zijkant. Je moet hem de tijd geven. Wij denken dat een speler in een nieuwe omgeving meteen dezelfde prestaties kan leveren als bij zijn vorige werkgever. Dat werkt niet zo. Je moet mensen de tijd geven om te kunnen acclimatiseren.”