“Dat waren de twee beste interlands”

André Ooijer speelde op EURO 2008 met het Nederlands elftal in de ‘Groeps des Doods’ met onder andere Italië en Frankrijk. Onder leiding van Marco van Basten leek Oranje op weg naar een mega-stunt op het Europese eindtoernooi, maar na belangrijke overwinningen in de groepsfase ging het alsnog mis voor het Nederlands elftal. 

In De Telegraaf blikt de oud-verdediger terug op die tijd. “Er zat zóveel kwaliteit in deze selectie, er waren zóveel spelers die het verschil konden maken en dat ook op het juiste moment deden. Het was lekker voetballen. Wat mezelf betreft, had ik in de voorbereiding op het toernooi als rechtsback gespeeld, maar kwam ik op het EK in het centrum van de verdediging te staan. Dan weet je wat je te wachten staat met tegenstanders als Luca Toni en Thierry Henry. Het liep heel goed. Ook de tweede wedstrijd tegen Frankrijk wonnen we overtuigend. Het werd 4-1.”

Toch heeft dat EK een speciaal plekje bij Ooijer. “Van de 55 interlands die ik heb gespeeld, zijn de wedstrijden tegen Italië en Frankrijk op dit EK misschien wel de twee beste interlands geweest die ik heb meegemaakt. Er zat zoveel voetbal in deze ploeg. De derde groepswedstrijd speelden we met een reserveteam tegen Roemenië. Ook die wonnen we, het werd 2-0, zodat we een foutloze groepsfase hadden. Veel jongens kregen tegen Roemenië rust, ik ook. En toen kwam die wedstrijd tegen Rusland. Dat liep niet goed af.”