“Wat een geweldige speler zou hij nu, in 2020, nog steeds zijn!”

Na een rijke voetbalcarrière keerde Frank Rijkaard terug naar Ajax, waar hij een laatste hoogtepunt beleefde: precies 25 jaar geleden versloegen de Amsterdammers AC Milan in de finale van de Champions League, waarna de multifunctionele speler zijn kicksen aan de wilgen hing.

Journalist Maarten Wijffels schrijft vandaag namens het Algemeen Dagblad: “Rijkaard, zijn naam is gevallen. Wat het terugkijken ook leert: wat een geweldige speler zou hij nu, in 2020, nog steeds zijn! Waarschijnlijk zelfs nóg hoger gewaardeerd dan een kwarteeuw geleden. Want Rijkaard was toen al een kameleon. Een voetballer die net zo makkelijk in de mandekking speelde op een spits (EK ’88!) als het ritme van het spel bepaalde op het middenveld. Wat een heel ander handelingstempo vraagt.”

Hij vervolgt: “Vergelijk het met Virgil van Dijk. Die behoort tot de top van Europa in de ene discipline, maar zou als middenvelder niet gedijen. Misschien was Rijkaard een beetje te vergelijken met David Alaba, al jaren zo’n kameleon bij Bayern München. Maar Alaba mist de imposante fysiek van Rijkaard, die in de finale tegen Milan de meeste passes gaf van iedereen (80), de meeste luchtduels won (10 van de 11) en de meeste balveroveringen had (4).”