Kippenvel bij Feyenoord-moment: “We voelden direct dat het goed ging komen”

In Fresia & Milan Parkeren de bus spreekt Jens Toornstra uitgebreid over zijn succesvolle tijd bij Feyenoord. De landstitel en het bereiken van de Conference League-finale vormden hoogtepunten in die periode. De middenvelder blikt ook terug op de docuserie, die bij de Rotterdammers veel impact had.

Toornstra vertelt over hoogtepunten bij Feyenoord

“Het was een heel mooi avontuur. Het begon een beetje wankel, want we vlogen er in de eerste kwalificatieronde bijna uit”, begon de middenvelder in het ESPN-programma over het tweeluik met FC Drita. “Het werd een geweldig Europees trip langs alle landen en clubs en dat eindigde in de finale. Mijn mooiste herinnering aan dat seizoen? Niet de finale natuurlijk. Ik denk Union Berlin vond ik heel mooi. Het was uit, belangrijke wedstrijd en ik weet dat ik eerder naar de kant moest. Bryan (Linssen, red) ook. Echt op de sintelbaan stonden we het team toe te schreeuwen, dat vond ik een mooi moment. Olympique Marseille uitgeschakeld in een uitwedstrijd, dat was ook een mooi moment.”

Kampioenswedstrijd

Toornstra won bij Feyenoord ook twee keer de KNVB Beker en tweemaal de Johan Cruijff Schaal. Wat het meest bijbleef was echter de kampioenswedstrijd in 2017 in De Kuip. “Van het kampioensjaar is de warming-up tegen Heracles echt kippenvel, dat heb ik nog nooit meegemaakt. Je voelt direct dat het goed gaat komen. Die week ervoor speelden we tegen Excelsior-uit, toen had ik dat gevoel niet. Wij hadden jongens als Jörgensen, Kuyt en Elia die hadden het allemaal al meegemaakt. Die verzekerden de rest: dit kan niet meer fout gaan. We spelen thuis, het hele stadion en de stad erachter. Daar was geen twijfel over.”

Docuserie

Daarnaast was er de documentaire van Feyenoord, waar de ploeg werd gevolgd in het seizoen 2020/2021. “Het was zoals het was. Het is niet verdraaid, ze doen natuurlijk wel een beetje editten. Maar het was wel zoals het ging. Ik moest wel wennen aan de camera’s in het begin. Ik weet nog in het begin stonden ze in de medische ruimte. Eigenlijk was ik daar altijd met Bryan (Linssen, red.) en de fysio van Feyenoord. Waren we altijd aan het dollen, maar er stond dan een camera en dan bleven wij weg. Dat was even schakelen. Maar het klopt wel dat je de camera’s bijna niet meer opmerkt. Je weet dat ze er zijn, en je wordt zelf wat losser. In het begin werd je gefilmd terwijl je aan het eten was. Dat was niet lekker, maar daar wen je ook aan.”