Real Madrid

Madrid

Prijzenkast

35x landskampioen

20x Copa del Rey

13x Supercopa

champions league logo

14x Champions League

2x UEFA Cup

uefa-super-cup

5x Europese Supercup

5x Wereldbeker

Laatste nieuws over Real Madrid

Real Madrid is een Spaanse voetbalclub uit de hoofdstad Madrid. Thuiswedstrijden van De Koninklijke worden afgewerkt in het Estadio Santiago Bernabéu.

  • Real Madrid werd in 1902 opgericht
  • Thuiswedstrijden worden afgewerkt in Estadio Santiago Bernabéu
  • De bijnaam van de club luidt ‘De Koninklijke’
  • Real Madrid won de Champions League veertien keer, meer dan welke club dan ook
  • Het team werd 35 keer kampioen van Spanje

De voetbalgrootmacht van Europa

Aan het einde van de negentiende eeuw werd de voetbalsport geïntroduceerd in Madrid. Academici en studenten van het Institución Libre de Enseñanza waren in 1897 verantwoordelijk voor de oprichting van Sky Football, dat ook wel bekend stond als La Sociedad. Het eerste team van de Spaanse hoofdstad speelde gewoonlijk op zondagochtend. In 1900 ontstond echter een interne breuk, waardoor leden een nieuwe voetbalclub uit de grond stampten: Nueva Sociedad de Football.

Julián Palacios, Juan Padrós en Carlos Padrós behoorden tot de opstandige oprichters. Zij stonden aan de basis van het ontstaan van het hedendaagse Real Madrid. In 1901 maakte de naam Nueva Sociedad de Football plaats voor Madrid Football Club, dat op 6 maart 1902 officieel werd opgericht na een herstructurering. Als eerbetoon aan de Engelse voetbalploeg Corinthian koos het clubbestuur voor een wit thuistenue. Enkele maanden later speelde de Madrileense formatie ter gelegenheid van de kroning van Alfons XIII voor het eerst tegen FC Barcelona (1-3 nederlaag).

Eerste successen

Madrid Football Club bereikte in 1903 voor het eerst de finale van de Spaanse beker, dat destijds bekend stond als de Copa de S.M. El Rey Alfonso XIII. Athletic Bilbao trok met 2-3 aan het langste eind. In 1905 en 1906 wisten Los Blancos terug te slaan door de Basken een koekje van eigen deeg te geven. Het bekersucces werd in 1907 en 1908 geprolongeerd door respectievelijk Club Vizcaya Bilbao en Real Vigo Sporting te verslaan in de finale. De Madrilenen wonnen de Spaanse beker opnieuw in 1917, met ditmaal Arenas Club de Getxo als slachtoffer.

Op 4 januari 1909 werd de Spaanse voetbalbond (RFEF) opgericht. Madrid Football Club was één van de stichters. De voetbalclub mocht al meteen invloedrijk worden genoemd. In 1920 ontving men uit handen van Koning Alfonso XIII het predicaat Real (Koninklijk), waardoor de club verder ging onder de naam Real Madrid. De bijnaam De Koninklijke is te danken aan dit predicaat.

Het logo van Real Madrid
Het logo van Real Madrid (Pro Shots)

Voor het eerst landskampioen

Real Madrid stond in 1928 aan de basis van de oprichting van de Primera División, de hoogste divisie van Spanje. In het allereerste seizoen moesten de hoofdstedelingen genoegen nemen met een tweede plaats achter FC Barcelona. Met een vijfde en zesde plaats beleefden Los Blancos een moeizaam vervolg, maar in het seizoen 1931-1932 kwam het elftal beter voor de dag. Met een voorsprong van drie punten op Athletic Bilbao kroonde Real Madrid zich voor het eerst in de geschiedenis tot kampioen van Spanje.

In 1933 prolongeerde Real Madrid de landstitel. De Madrileense formatie bleef in de drie daaropvolgende seizoenen steken op een tweede plaats, maar boekte zowel in 1934 als 1936 wel nieuwe successen door Valencia en FC Barcelona de baas te blijven in het nationale bekertoernooi. In dat laatstgenoemde jaar brak de Spaanse Burgeroorlog uit, waardoor het voetbal een aantal seizoenen stil kwam te liggen. Pas in oktober 1939 ging de Primera División weer van start.

Glorietijdperk tijdens bewind Franco

Voormalig speler/trainer Santiago Bernabéu Yeste startte in 1943 als nieuwe president van Real Madrid. Hij kreeg de opdracht om de Spaanse club weer op te bouwen na de Spaanse Burgeroorlog. De nieuwe bestuurder was onder meer verantwoordelijk voor de realisatie van het nieuwe stadion (Estadio Chamartín), dat in december 1947 officieel de deuren opende. Als eerbetoon aan Bernabéu werd de naam van het stadion begin 1955 naar de succesvolle clubpresident vernoemd.

Tussen 1939 en 1975 regeerde Francisco Franco met harde hand in Spanje. Real Madrid genoot in die periode een beschermde reputatie, waardoor de club de mogelijkheid kreeg om uit te groeien tot een team met wereldfaam. De Madrilenen kroonden zich 1954 en 1975 maar liefst veertien keer tot kampioen van Spanje. Real Madrid won daarnaast meermaals de Copa del Rey, maar liet zich vooral gelden door de eerste vijf edities van de Europacup I (voorloper van de Champions League) winnend af te sluiten.

Real Madrid versterkte zich in 1953 met één van de beste spelers uit de clubgeschiedenis: Alfredo Di Stéfano. De Argentijnse aanvaller produceerde tot zijn vertrek in 1964 maar liefst 308 doelpunten voor De Koninklijke. Hij groeide daarmee uit tot een clubicoon. Ook spelers als Francisco Gento en Ferenc Puskás maakten in die periode deel uit van de voetbalmachine uit de Spaanse hoofdstad. Naar laatstgenoemde is de prijs voor het mooiste doelpunt van het jaar vernoemd: de Puskás Award.

Verder zonder Franco en Bernabéu

In november 1975 overleed dictator Franco op 82-jarige leeftijd. Real Madrid bleef in de jaren na zijn dood zeer succesvol in de Primera División door ook de landstitels van 1976, 1978, 1979 en 1980 te bemachtigen. Het succesvolle tijdperk had echter ook een zwart randje. Tijdens het WK van 1978 overleed de zeer invloedrijke Bernabéu, die maar liefst 35 jaar aan het roer stond bij de Spaanse topclub. De wereldvoetbalbond FIFA eerder hem in 2002 postuum met de onderscheiding FIFA Order of Merit.

Real Madrid ondervond in de jaren tachtig veel hinder van FC Barcelona, Athletic Bilbao en Real Sociedad. Het succesvolle tijdperk kwam daarmee ten einde, maar werd halverwege het decennium nieuw leven ingeblazen. De Koninklijke kroonde zich tussen 1986 en 1990 vijf opeenvolgende seizoenen tot landskampioen. Dit succes was deels te danken aan Leo Beenhakker, die als hoofdtrainer drie titels veroverde. De Mexicaan Hugo Sánchez groeide in die periode uit tot een ware goalmachine: 208 treffers in 282 officiële duels.

De opkomst van de Galácticos

In 1988 trok aartsrivaal FC Barcelona een nieuwe hoofdtrainer aan: Johan Cruijff. De Nederlander creëerde in Catalonië een zeer succesvolle selectie, dat als Dream Team werd bestempeld. Tussen 1991 en 1994 kroonde Barça zich telkens tot landskampioen. Halverwege de jaren negentig viel dat team echter uiteen, met het vertrek van Cruijff in 1996 als resultaat. Real Madrid profiteerde dankbaar door de titels van 1995 en 1997 te bemachtigen. Daarnaast wonnen Los Blancos in 1998 voor het eerst de Champions League, de opvolger van de Europacup I.

Florentino Pérez (Real Madrid)
Florentino Pérez (Pro Shots)

Real Madrid won de Champions League eveneens in 2000 en 2002. In dat eerstgenoemde jaar verscheen Florentino Pérez aan het roer als clubpresident. Met spelers als Roberto Carlos, Fernando Hierro en Raúl González had de club al veel klasse in huis, maar desondanks besloot hij de fans warm te maken met grote aankopen. Real Madrid trok de portemonnee voor spelers als Luis Figo (nota bene van FC Barcelona), David Beckham, Zinédine Zidane en de Braziliaanse goalmachine Ronaldo. Dit team werd Los Galácticos (‘De Buitenaardsen’) genoemd.

Pérez zorgde aanvankelijk voor scepsis. Real Madrid had al een schuldenlast van zo’n 300 miljoen euro en spendeerde voor veel geld aan nieuwe spelers, maar de clubpresident wist daar een oplossing voor te verzinnen. Hij verkocht het oude trainingscomplex in het centrum voor maar liefst 500 miljoen euro aan de stad Madrid. Pérez had aanvankelijk het geluk aan zijn zijde, maar op 6 maart 2002 moest Real Madrid een pijnlijke nederlaag toestaan. Op de dag van het honderdjarige bestaan verloor de Spaanse grootmacht de Copa del Rey-finale tegen Deportivo La Coruña (1-2).

Real Madrid in het seizoen 2003-2004
Een elftalfoto van Real Madrid in het seizoen 2003-2004 (Pro Shots)

Real Madrid stort in

De sceptici kregen uiteindelijk toch gelijk. Pérez bleef weliswaar fors investeren in de selectie, maar in het seizoen 2003-2004 wist Real Madrid geen enkele prijs te bemachtigen. De club versleet in die jaren een fors aantal trainers zonder significante verbetering. Zelfs Pérez moest toegeven dat zijn ambitueuze beleid had gefaald en besloot begin 2006 op te stappen als clubpresident. Hij werd opgevolgd door Fernando Martín, die een grote schoonmaak aankondigde. Die tijd werd hem echter niet gegund. Vanwege een gebrek aan vertrouwen schreef Real Madrid al na enkele maanden nieuwe verkiezingen uit.

Advocaat Ramón Calderón wist de verkiezingen te winnen. Hij koos voor Fabio Capello als nieuwe trainer, waar Predrag Mijatovic als technisch directeur aan de slag mocht. De nieuwe clubpresident had beloofd om AC Milan-spelmaker Kaká op te halen, maar slaagde daar niet in. Real Madrid versterkte zich wel met Manchester United-aanvaller Ruud van Nistelrooij. Capello leidde de Madrileense formatie in zijn eerste seizoen meteen naar de landstitel door FC Barcelona op doelsaldo af te troeven.

Capello mocht ondanks het kampioenschap niet door als trainer. Real Madrid stoorde zich aan de te behoudende speelstijl van de Italiaan, die daarom werd afgelost door de Duitser Bernd Schuster. Met Royston Drenthe, Klaas-Jan Huntelaar, Wesley Sneijder, Arjen Robben en Rafael van der Vaart haalden zij een groot aantal Nederlanders in huis om het elftal weer te laten swingen. Real Madrid kroonde zich ook in het seizoen 2007-2008 tot kampioen, maar in december 2008 sneuvelde Schuster als hoofdtrainer.

Wesley Sneijder viert een doelpunt van Real Madrid (Pro Shots)

Pérez keert terug

In de zomer van 2009 vonden de nieuwe presidentsverkiezingen plaats bij Real Madrid. Pérez stelde zich opnieuw beschikbaar en kreeg het vertrouwen van de leden. Hij besloot schoon schip te maken in het Estadio Santiago Bernabéu door de Nederlanders massaal de deur te wijzen. Pérez gebruikte de vrijgekomen miljoenen om spelers als Cristiano Ronaldo (Manchester United) en Kaká (AC Milan) op te halen. Voor de Portugese aanvaller telde Real Madrid een wereldwijd transferbedrag neer: 94 miljoen euro.

Real Madrid ondervond in die tijd veel concurrentie van FC Barcelona, dat onder leiding van coach Pep Guardiola en sterspeler Lionel Messi domineerde in de Primera División. Het beleid van Pérez had evenwel succes. Onder José Mourinho wonnen de Madrilenen in 2012 het kampioenschap van Spanje. De Portugees maakte twee jaar later plaats voor zijn Italiaanse collega Carlo Ancelotti, die Real Madrid de felbegeerde tiende Europese triomf (Europacup I en Champions League) bezorgde.

In 2016, 2017 en 2018 kroonde Real Madrid zich opnieuw tot Champions League-winnaar. Ronaldo had een groot aandeel in dit succes, maar ook Gareth Bale liet zich gelden. De Welshman maakte in de zomer van 2013 zijn opwachting in het Estadio Santiago Bernabéu. Voor de smaakmaker van Tottenham Hotspur verbrak Real Madrid het eigen transferrecord: voor het eerst in de geschiedenis doorbrak een voetbalclub de magische grens van honderd miljoen euro voor één speler.

Cristiano Ronaldo (Real Madrid)
Cristiano Ronaldo met de Champions League-bokaal (Pro Shots)

Dip na vertrek Ronaldo

Cristiano Ronaldo produceerde in de periode 2009-2018 maar liefst 450 doelpunten in het tenue van Real Madrid. De Portugees groeide uit tot dé uitdager van FC Barcelona-ster Lionel Messi, waardoor zij jarenlang de dienst uitmaakten in het Ballon d’Or-klassement. In de zomer van 2018 vertrok Ronaldo echter naar de Italiaanse topclub Juventus. Trainer Zinédine Zidane vertrok eveneens. Zonder de succestrainer en de topscorer stortte Real Madrid in, met een 1-4 nederlaag tegen Ajax als dieptepunt.

Zidane keerde amper een jaar na zijn vertrek alweer terug als hoofdtrainer van Real Madrid. De Fransman leidde de Spaanse topclub in 2020 naar een nieuwe landstitel, maar hield het een jaar later definitief voor gezien. Pérez besloot Carlo Ancelotti terug te halen als nieuwe eindverantwoordelijke. De Italiaanse coach leidde de Madrileense formatie binnen tweeënhalf jaar naar zeven prijzen: de landstitel, de Champions League, de Europese Supercup, de wereldbeker (2022), de Copa del Rey (2023) en de Supercopa de España (2022 en 2024).

Real Madrid-spelers juichen
Juichende spelers van Real Madrid (Pro Shots)

Rivaliteit

FC Barcelona is de aartsrivaal van FC Barcelona. Sinds de eerste ontmoeting in mei 1902 stonden beide clubs al meer dan 250 keer tegenover elkaar in een officiële wedstrijd. Real Madrid en FC Barcelona zijn niet alleen uitgegroeid tot de twee meest succesvolle clubs van Spanje, maar staan ook lijnrecht tegenover elkaar qua identiteit. De Koninklijke geldt als de vertegenwoordiger van de hoofdstad, waar Barça juist de vertolker is van het Catalaanse sentiment.

Onderlinge wedstrijden staan bekend als El Clásico. De rivaliteit tussen Real Madrid en FC Barcelona heeft ook een politieke lading. De Catalaanse identiteit werd decennialang ernstig belemmerd door de Spaanse regering, met dictator Francisco Franco als hoofdrolspeler. In Barcelona leeft zelfs het idee dat Spaanse scheidsrechters op de hand zijn van de aartsrivaal, met alle consequenties van dien.

FC Barcelona - Real Madrid
Een beeld uit FC Barcelona – Real Madrid (Pro Shots)

Naast FC Barcelona heeft Real Madrid ook te maken met rivaliteit binnen de hoofdstad. Ook Atlético Madrid ziet de club als aartsrivaal, waardoor de stadsderby veel sentiment met zich meedraagt.


Europees voetbal

In het seizoen 1955-1956 ging de allereerste editie van de Europacup I van start. Real Madrid kroonde zich meteen tot winnaar door in de finale af te rekenen met het Franse Stade de Reims (4-3). Sterspeler Di Stéfano nam in Parijs het eerste Madrileense doelpunt voor zijn rekening. Real Madrid was in de beginjaren oppermachtig in het grootste clubtoernooi van Europa. Tussen 1957 en 1960 kroonde de Spaanse formatie zich steevast tot winnaar door achtereenvolgens Fiorentina (2-0), AC Milan (3-2 na verlenging), Stade de Reims (2-0) en Eintracht Frankfurt (7-3) te verslaan in de finale.

De hegemonie van Real Madrid strandde in het seizoen 1960-1961 al in de achtste finale. Uitgerekend FC Barcelona was daarvoor verantwoordelijk (3-4 over twee duels). In het daaropvolgende seizoen noteerden de hoofdstedelingen opnieuw een finaleplaats in de Europacup I, maar voor het eerst lukte het niet om deze winnend af te sluiten: 3-5 voor Benfica. Ook de finale van 1964 ging verloren door toedoen van het Italiaanse Internazionale (1-3). Even leek Real Madrid de succesformule kwijt te zijn, maar in 1966 volgde de zesde Europacup I-bokaal dan toch door Partizan Belgrado met 2-1 af te troeven.

Real Madrid veroverde in 1971 voor het eerst de Europacup II door Chelsea opzij te zetten. In het daaropvolgende seizoen werd de Spaanse topclub al in de tweede ronde van de UEFA Cup uitgeschakeld door toedoen van PSV. Een dreun voor de Madrilenen, die in 1973 eveneens ten onder gingen tegen Ajax (halve finale Europacup I). De Koninklijke ging zowel in 1976 als 1980 in diezelfde ronde ten onder tegen de Duitse clubs Bayern München en Hamburger SV.

Eerste Champions League-successen

In de jaren tachtig noteerde Real Madrid viermaal een Europese finale. Zowel Liverpool (Europacup I) als Aberdeen (Europacup II) dwarsboomde nieuw succes, maar in 1985 en 1986 was het alsnog prijs voor de Spanjaarden. Real Madrid won in beide jaren de UEFA Cup door Videoton FC en 1. FC Köln te verslaan. In de daaropvolgende seizoenen deed de club weer een gooi naar glorie in de Europacup I, maar achtereenvolgens Bayern München, PSV en AC Milan blokkeerden een nieuwe finaleplaats.

Real Madrid maakte in het seizoen 1991-1992 kans op de derde UEFA Cup. Het avontuur sneuvelde echter al in de halve finale door toedoen van Torino. De jaren negentig verliepen aanvankelijk sober, maar in het jaargang 1997-1998 mocht de club dan toch een nieuwe Europese hoofdprijs aan de prijzenkast toevoegen. Voor het eerst kroonden de Madrilenen zich tot winnaar van de Champions League, de opvolger van de Europacup I, door Juventus te onttronen: 1-0.

Aan het begin van de twintigste eeuw was Real Madrid opnieuw zeer dominant in Europa. Zowel in 2000 als 2002 sloot de Spaanse voetbalgrootmacht het Champions League-seizoen af met de bokaal. Respectievelijk Valencia (3-0) als Bayer Leverkusen (2-1) ging in de finale over de knie. In de finale van 2002 maakte sterspeler Zinédine Zidane het verschil met een schitterend doelpunt: een volley in de kruising. Voor de negende keer in de geschiedenis mocht Real Madrid zich de beste ploeg van Europa noemen.

La Decima

Na de triomf van 2002 opende Real Madrid de jacht op de tiende eindzege in het grootste clubtoernooi van Europa. De Madrileense formatie moest echter meer dan tien jaar wachten op nieuwe glorie in de Champions League. La Decima werd in het seizoen 2013-2014 eindelijk een feit door in de finale af te rekenen met stadgenoot Atlético Madrid (4-1 na verlenging). Sergio Ramos zorgde vlak voor tijd voor de gelijkmaker, waarna Real in de dertig extra minuten keihard wist toe te slaan.

Zinédine Zidane met de Champions League-bokaal (Real Madrid)
Zinédine Zidane met de Champions League-bokaal (Pro Shots)

In het seizoen 2015-2016 stonden beide clubs uit de Spaanse hoofdstad opnieuw tegenover elkaar in de finale van de Champions League. Atlético Madrid wist er ditmaal een strafschoppenserie uit te slepen, maar opnieuw trok de grote broer aan het langste eind. Real Madrid had de smaak plotseling de pakken. Ook in 2017 en 2018 kroonde De Koninklijke zich tot winnaar door respectievelijk Juventus (4-1) en Liverpool (3-1) te verslaan. Laatstgenoemde club moest in 2022 opnieuw buigen tijdens de Champions League-finale (1-0). Vinícius Júnior maakte in Parijs het winnende doelpunt.


Nederlandse invloed

Verschillende Nederlanders hebben het shirt van Real Madrid gedragen. Een overzicht:

Naam (periode)Naam (periode)
Royston Drenthe (2007-2012)Arjen Robben (2007-2009)
Klaas-Jan Huntelaar (2008-2009)Clarence Seedorf (1996-2000)
John Metgod (1982-1984)Wesley Sneijder (2007-2009)
Ruud van Nistelrooij (2006-2010)Rafael van der Vaart (2008-2010)
Mink Peeters (2017-2019)

Real Madrid stond meermaals onder leiding van een Nederlandse trainer. Leo Beenhakker leidde de Spaanse club zowel in de periode 1986-1989 als 1991-1992, waar Guus Hiddink in het seizoen 1998-1999 aan het roer stond bij De Koninklijke.


Het stadion

Real Madrid maakte tijdens het seizoen 1947-1948 de overstap van het Nuevo Estadio Chamartin naar een gloednieuw stadion. Aanvankelijk kreeg het nieuwe onderkomen dezelfde naam, maar in januari 1955 besloot men de stadionnaam te vernoemen naar clubpresident Santiago Bernabéu. Sindsdien speelt Real Madrid de thuiswedstrijden in het Estadio Santiago Bernabéu, ofwel het Bernabéu.

Sinds de opening in december 1947 is het stadion van Real Madrid meermaals gerenoveerd. De meest recente renovatie ging van start in 2019 en duurde uiteindelijk tot en met eind 2023. De capaciteit van het stadion bedraagt 83.186 plaatsen. De Spaanse voetbaltempel behaalde op 19 april 1956 een absoluut toeschouwersaantal tegen AC Milan: 129.690 bezoekers.

Bernabéu (Real Madrid)
Het Estadio Santiago Bernabéu (Pro Shots)

Het Estadio Santiago Bernabéu fungeerde in 1964 (EK) en 1982 (WK) als decor voor een grote eindronde. Het stadion is eveneens gebruikt voor andere sportevenementen en grote concerten.

Trainingscomplex

Real Madrid opende in 2005 een gloednieuw trainingscomplex net buiten de Spaanse hoofdstad. Het trainingscomplex draagt sinds november de naam Florentino Pérez Real Madrid City. Het enorme complex telt meer dan tien voetbalvelden, waaronder die van het Estadio Alfredo Di Stéfano (zesduizend plaatsen). De wedstrijden en trainingen van Real Madrid Castilla, de jeugdteams en de vrouwenploeg vinden hier eveneens plaats.


Veelgestelde vragen over Real Madrid

Wanneer is Real Madrid opgericht?

Op 6 maart 1902

Wat is het adres van het Bernabéu?

Estadio Santiago Bernabéu
Av. de Concha Espina, 1, Chamartín, 28036 Madrid
Spanje

Wat is de capaciteit van het Bernabéu?

83.186 plaatsen

Wat is de website van Real Madrid?

Klik hier om Real Madrid online te bezoeken

Waar kan ik Real Madrid vinden op sociale media?

Real Madrid is onder meer actief op Facebook, Instagram en X

Laatste update: 2 april 2024

Real-spelers

Wat kost gokken jou? Stop op tijd | 18+ | loketkansspel.nl | Gokken kan verslavend zijn, deel deze inhoud niet met minderjarigen | Algemene voorwaarden zijn van toepassing | #Advertentie