Vissers hekelt Weghorst-kritiek: "Stoer, gedrag van een voetballer debiel noemen"

Vissers hekelt Weghorst-kritiek: “Stoer, gedrag van een voetballer debiel noemen”

Willem Vissers kan helemaal niets met de kritiek die Wierd Duk tijdens Nederland versus Hongarije via X uitte op Wout Weghorst, wegens diens uitgebreide juichen na de 1-0. In een column voor De Volkskrant slaat Vissers hard terug.

‘Als Wout Wout niet was geweest, had niemand ooit van hem gehoord’

Duk schreef: “Goede kritiek van Van der Vaart en Piair op debiel, respectloos juichen van Weghorst.” Vissers reageert nu: “Als zelfs Wierd zijn wijsheden over Wout deelt in de wonderlijke, soms waanzinnige wereld van X, weten wij dat het een serieuze zaak betreft. Wierd Duk, hoofd Meningen van De Telegraaf en sowieso al ongelooflijk druk met het duiden van bijna niet meer te duiden maatschappelijke ontwikkelingen, vond de tijd om aan te sluiten bij de meute opiniemakers die zich vormde rond de NOS-analisten Van der Vaart en Van Hooijdonk.”

“Vanwege zijn in hun ogen te uitbundige juichen na de benutte strafschop tegen Hongarije, minuten nadat assistent-trainer Szalai per brancard was weggedragen. Szalai was onwel geworden, met akelige beelden tot gevolg. (…) Stoer, gedrag van een voetballer debiel noemen..” Vissers erkent dat er ‘best iets aan te merken is op het gedrag van Weghorst’, “Maar als Wout was geweest zoals de meeste Nederlanders, door mee te drijven met de stroom, had nooit iemand van Wout Weghorst gehoord. Dan was hij vermoedelijk zo’n amateurvoetballer geweest met een scherpe mening over internationals.”

De columnist noemt de kritiek op Weghorst ‘symbolisch voor het groeiende leger stuurlui dat de sport consumeert en de sporter zelf’. “De buitenwereld weet alles al, zonder iets te doen. Heerlijk is dat. Weten hoe de sporter in het heetst van de strijd zich dient te gedragen, en als dat niet precies gebeurt zoals de buitenstaander wenst of eist, grijpt de consument de gelegenheid aan om al dan niet met een pils binnen handbereik en de telefoon in de aanslag de Wierd uit te hangen.”