Van ‘t Schip wil bij Ajax snel duidelijkheid creëren

John van ‘t Schip heeft er het volste vertrouwen in dat Ajax donderdagavond tegen FC Volendam een zege kan behalen. De oefenmeester staat sinds deze week in Amsterdam aan het roer en sprak voorafgaand aan het duel met ESPN.

Van ‘t Schip over dynamiek in spelersgroep Ajax

De Amsterdammers zijn dramatisch aan het seizoen begonnen en staan laatste in de Nederlandse competitie. De slechte seizoenstart resulteerde onder meer in het vertrek van voormalig hoofdtrainer Maurice Steijn. Van ‘t Schip wil vanaf deze week een streep trekken en vooruitkijken naar de komende maanden, waarin Ajax een inhaalrace moet bewerkstelligen.

“Het is een groep die weinig zelfvertrouwen heeft en dat is logisch als je kijkt waar ze staan”, stelt Van ‘t Schip. “Maar het is ook een groep die heel jong en leergierig is. We hebben goed kunnen trainen, twee dagen weliswaar, maar de energie is goed. We hopen dat wat we hebben getraind en kunnen zeggen, veel is overgekomen.”

De trainer is hard aan de slag gegaan om de dynamiek te veranderen. “Je probeert wat afspraken in de groep te brengen die duidelijkheid moeten geven. Dan gaat het op de wijze van verdedigen of hoe je staat met aanvallen. Dat laat je op het veld en tijdens besprekingen zien. Dan hoop je dat het straks goed tot uitvoering wordt gebracht.”

Aanvoerderschap van Bergwijn

Steven Bergwijn blijft voorlopig captain. “Het is een hele jonge groep. Steven is een jongen die al het een en ander heeft meegemaakt. Ieder op zich is een aanvoerder. Steven doet het op zijn manier en het is in de kleedkamer iemand die respect afdwingt bij de jongere spelers. Maar dat moet hij wel elke keer bewijzen met zijn voeten: hij moet leveren. Dat geldt natuurlijk voor de hele groep.”

Van ‘t Schip heeft eveneens het volste vertrouwen in Brian Brobbey, die de laatste weken veel kansen miste. “Dat kan ik niet zomaar veranderen. Het is een jongen die graag wil. Hij kwam bijvoorbeeld naar me toe: ‘Trainer, ik wil graag meer met de spitsen trainen.’ Toen zei ik: ‘Oké, dat gaan we regelen.’ Dat vind ik wel mooi. Ik begrijp dat hij daaraan wil werken.”