‘Oranje zou zonder hen bezig zijn aan een kansloze missie’

Sinds de persconferentie met Memphis Depay is er het nodige te doen om de hiërarchie binnen het Nederlands elftal. De spits erkende dat er ‘vroeger’ meer duidelijkheid in de pikorde was, toen jongen als Van Persie, Robben en Sneijder wat dat betreft echt boven de groep stonden.

Valentijn Driessen laat zich uit over hiërarchie binnen Nederlands elftal

De grote namen van nu, zoals Virgil van Dijk, luisteren veel meer naar de anderen, insinueerde Memphis. “Het is goed dat Van Dijk & co naar hun ploeggenoten luisteren, maar ze zullen die input voornamelijk naast zich neerleggen”, stelt journalist Valentijn Driessen nu in De Telegraaf. “Als deze soldaten de baas zijn, is de oorlog verloren. Zo is ook democratie in topsport de dood in de pot voor topprestaties. Mooier dan in de Michael Jordan-documentaire The Last Dance is het nooit in beeld gebracht.”

“De andere kant van de medaille is dat deze leiders wel moeten leveren en de strontkar over zich krijgen uitgestort als ze de boel niet succesvol op sleeptouw nemen. Zie hoeveel kritiek Depay oogstte voor zijn eerste EK-optredens tegen Polen en Frankrijk, hoeveel shit Van Dijk ten deel viel tegen Oostenrijk en dat Wijnaldum al sinds zijn uitverkiezing, eigenlijk al sinds zijn vertrek naar Saoedi-Arabië, wordt uitgekotst.”

Driessen besluit zijn relaas: “Maar bondscoach Koeman heeft in ruim veertig jaar profvoetbal zo veel ervaring opgedaan dat hij weet dat Oranje zonder die leiders bezig zou zijn aan een kansloze missie. Omdat ze als Kop van Jut dienen, krijgen ze ook het onvoorwaardelijke vertrouwen van Koeman. De bondscoach zou het zelfs kunnen gebruiken om zelf buiten schot te blijven, maar zo iemand is Koeman niet. Dat heeft zijn hele carrière al bewezen. Als speler en als trainer was en is hij een leider die niet wegloopt voor zijn verantwoordelijkheid. Wat niet wegneemt dat Koeman als coach, Van Dijk, Depay, Wijnaldum en Blind als spelers, juist extra kritisch moeten worden beoordeeld op wat zij in wedstrijden presteren. Uiteindelijk is dat de maat der dingen.”