‘Kökçü moet rugnummer afstaan aan ploeggenoot’

Feyenoord maakte vanmiddag gehakt van PSV, door met 0-4 te winnen. De grote uitblinker was Jens Toornstra, die ook op analist Emile Schelvis veel indruk maakte.

“Laat Orkün Kökcü de nummer tien maar aan Toornstra geven. De manier waarop hij de eerste goal maakte was al fenomenaal. Die tweede bal, het geplaatste balletje. De rust, overzicht en de controle. Het was een fenomenale goal. Ik sprong een gat in de lucht. Als je dat ziet als liefhebber, wat een klasse”, zegt Schelvis op RTV Rijnmond.

Toornstra krijgt juist altijd veel kritiek, merkt de journalist. “Dan denk ik: hoe kunnen we Jens wegzetten als een werkertje? Deze man kan echt ontzettend goed voetballen. Hij lijkt wel rode wijn. Elk jaar wordt hij beter. Als er een discussie komt over een driemans middenveld en er moet iemand vanaf: hij in ieder geval niet. De Noor, Die Götze uit de wedstrijd heeft gespeeld, ook niet meer.”

Tot slot loofde Schelvis nog invaller Bryan Linssen en diens samenwerking met Luis Sinisterra. “Die hebben wat ontwikkeld samen. Iedereen roept over Linssen dat het geen echte spits is. Natuurlijk uit bij Maccabi denk je bij die bal vanaf de zijkant dat die erin had gemogen. Daar had hij wel al zeventig minuten buffelen opzitten en dan is hij misschien niet scherp genoeg. Hij kan absoluut goals maken. Het is een jager en iemand die zijn tegenstander geen seconde los laat. Dan is hij voor Feyenoord van enorm veel waarde.”