FBO-directeur: “Voor het voetbal is dit een behoorlijk uniek akkoord”

Er is donderdag een akkoord bereikt over het korten van salarissen, waarmee de kosten in het Nederlands voetbal met vele miljoenen omlaag kunnen. De komende periode gaan de clubs met de spelers in gesprek met de daad bij het woord te voegen.

“Het is een richtsnoer en clubs kunnen andere afspraken maken, als ze dat willen”, legt FBO-directeur Serge Rossmeisl aan het Algemeen Dagblad uit. “Nu het collectief gedragen is, moeten er wel heel goede redenen zijn om meer van spelers te vragen. Dit is een voor het voetbal behoorlijk uniek akkoord. Belangrijk om te melden is nog wel dat niemand er per se mee hoeft in te stemmen.”

Alle partijen hebben ingestemd met een concept, waarbij lonen onder de 25.000 euro per jaar worden gespaard. Spelers die de inkomensgrens van 500.000 euro passeren, moeten juist twintig procent van hun salaris afstaan. Clubs in de Keuken Kampioen Divisie kregen daarnaast te horen dat zij komend seizoen niet de verplichte zestien maar een aangepaste veertien contractspelers hoeven te hebben.

“Ook daar is sprake van nijpende problemen en daarom wordt ook door alle partijen meegedacht. Stapsgewijs wordt het weer opgebouwd, waarbij we voor seizoen 2021-2022 hebben afgesproken dat er ten minste vijftien contractspelers in dienst moeten zijn. Daarna geldt de normale regeling weer”, aldus Rossmeisl.