Besmette Gabbiadini vooral mentaal geraakt: “Die gedachte kwelt me”

In Italië is Manolo Gabbiadini één van de voetballers die kampt met het coronavirus. De aanvaller van Sampdoria voelt zich fysiek in orde, maar het vooral mentaal last van de ziekte.

Fysiek maakt Gabbiadini het goed, zo vertelt hij aan La Gazzetta dello Sport. Sterker nog: hij heeft nauwelijks problemen gekend. “Ik had een wat mindere dag op dinsdag 10 maart, maar dacht toen niet direct dat ik het virus te pakken had”, blikt hij terug. “Ik had slecht geslapen en voelde me in de ochtend wat licht in mijn hoofd, maar ik voelde niet extreem warm, ofzo. Ik nam mijn temperatuur op om zeker te zijn en het was 37,5 graden, dus niet echt serieuze koorts.” 

Op aandringen van zijn vrouw liet Gabbiadini zich toch maar even testen door de arts van zijn club. “Op donderdag voelde ik me alweer helemaal prima, maar toen belde de dokter me, om te zeggen dat ik het coronavirus had. Ik dacht dat hij een grapje maakte. Ik had dit nooit verwacht, mijn temperatuur was eigenlijk meteen weer naar een normaal niveau gezakt.” 

Bij Sampdoria zijn er meerdere medewerkers van de club besmet geraakt en de club heeft besloten om geen verdere updates te geven, in een poging publieke zorgen te voorkomen. Gabbiadini vindt het echter belangrijk dat zijn verhaal naar buiten komt. “Ik heb eens goed nagedacht over dit coronavirus. Als de dokter me had gezegd dat ik een dag had moeten wachten, dan had ik de test niet eens gedaan, want op woensdag was er alweer niks aan de hand. Misschien was ik dan wel gewoon naar de markt gegaan en had ik het risico genomen dat ik een ouder persoon zou besmetten, zonder dat ik daar ook maar enig idee van zou hebben. Deze gedachte kwelt me.” 

“Ik denk dat veel meer mensen besmet kunnen zijn zonder dat zij dat weten”, vervolgt Gabbiadini. “Ik heb zelf ook geen idee hoe ik het virus heb opgelopen. Dit gevecht kan dus alleen gewonnen worden met sociaal isolement, het respecteren van de regels en zelf-isolatie. Ik denk dat iedereen het probleem wat onderschat heeft en er niemand was die dacht dat dit een pandemie zou worden. Nu moeten we er samen voor zorgen dat we dit virus bestrijden.”