‘Verbijsterde’ Boëtius: ‘Als ze een snor had gehad, was ik er achteraan gegaan’

De coronacrisis heeft ook in Duitsland het openbare leven platgelegd. Dat geldt ook voor de Duitse voetbalwereld, waar Jean-Paul Boëtius als speler van FSV Mainz deel van uit maakt.

“Dat wij nu niet spelen, heeft voor iedereen consequenties. In het Duitse voetbal begrijpen ze dat heel goed”, vertelt Boëtius aan Voetbal International. Hij levert een deel van zijn Mainz-salaris in. “In dit land zitten mensen sowieso al vaak op een lijn en in het voetbal is dat niet anders. De Duitser zit zo in elkaar dat hij luistert naar wat hem wordt opgedragen. Vandaar dat er ook niemand op straat was. Ze zijn gedisciplineerd, ze luisteren en voeren uit.”

“Daarbij is de sociale controle ook groot”, aldus Boëtius, die dat aan den lijve ondervindt. “Toen ik hier net was moest ik eens ergens iets afgeven. Ik parkeerde mijn auto even dubbel, je weet hoe dat gaat: snel eruit, pakketje droppen en weer weg. Maar toen ik aanbelde kwam er een oud vrouwtje op haar fiets voorbij. Ze stopte en begon op mijn auto te slaan. Of ik wel wist dat ik hier niet mocht parkeren? Ik was verbijsterd en heb het laten gaan. Maar als ze een snor had gehad, was ik er wel achteraan gegaan.”